anja

Toscane en ballet zijn haar twee grote inspiratiebronnen. Het een verbeeldt ze in aquarellen, het ander in brons. De garage naast haar huis gebruikt ze als beeldhouwwerkplaats en voor de open-atelier-route verzamelt ze hortensiabloemen, die ze droogt en zal gaan verven om de plek waaruit de auto is verdreven om te vormen tot een echte galerie. Haar werk dat aan de muren hangt laat duidelijk zien dat ze in haar ‘abstracte periode’ zit, zoals Anja zelf zegt. De Italiaanse dorpen geeft ze nu weer in kleurige vlakken. ‘Alleen als ik langer zit, dan komen er vanzelf meer details in.’ Hoe de voormalige stewardess tot de onderwerpen voor haar beelden komt is bijzonder. Of op de eerste rij van Carré, of voor de televisie bestudeert ze danseressen. Later zet ze de bewegingen op papier, om die vervolgens om te zetten in was. Overal waar je in haar huiskamer kijkt dansen de bronzen meisjes op tafel of vensterbank. Dat ze niet stilzit is duidelijk, maar ze heeft nóg een talent: schrijven. Naast gedichten, is ook haar eerste kinderboek af en klaar om te binden, een fabel waarvan ze hoopt dat de mensen zich erin zullen herkennen.