els

Ze woont in een huis waarvan ik al lang hoopte het ooit eens vanbinnen te mogen zien. Het dak van het huis is net als een van haar hoedjes. Vanuit haar grote zolderatelier kijkt Els aan twee kanten uit over het eiland. Overal staan dozen en bakken gevuld met bandjes, randjes en lapjes. Een plank boven het raam puilt uit van de lindehouten mallen, die vol zitten met honderden speldengaatjes. De bolhoeden, vilten herenhoeden, bolletjes en flaphoeden zelf zijn verstopt in dozen in de hal, want motjes zijn net zo hebberig als dametjes. Hoewel ze ook klassieke hoeden heeft leren maken ligt haar voorliefde meer bij hoofddeksels die iets tussen pet en hoed in zijn. Ze maakt ze in allerlei kleuren, vormen en materialen. Vorige week nog heeft ze op de markt in Den Hoorn een blauw gestreepte zijden stropdas gevonden die de kleur heeft van een hoed die al maanden wacht op vervolmaking. Zo zijn er meer werkstukken die geduldig wachten tot ze precies het juiste wolletje of het perfect draadje tegenkomt, haast heeft ze niet. Misschien is haar werkwijze net als het maken van wijn, het moet rijpen voor het beste resultaat.